De Koning was pianostemmer. Hij kwam er niet mee vooruit in de wereld en hij verdiende ook niet veel geld, doch dat hinderde niet want zijn vrouw werkte bij de bank. Er was echter een kwestie die zwaar op hem drukte, en die hem van zijn nachtrust beroofde. Hij was de afgelopen week al vier keer afgebeld door trouwe klanten, met plichtmatige smoezen over drukke en dure tijden. De Koning wist donders goed wat erachter die praatjes stak. Ze hadden afgezegd omdat hij slecht werk leverde.
Dit was het geval: hij werd doof. Het waren vooral de tonen in het discantregister die hem de das om deden. Ze waren zo vervormd dat het leek alsof er een zwerm kraaien in zijn oor zat. Hij kon niets beginnen dan louter op gevoel wat aan de stemsleutel draaien. Hij zou binnen afzienbare tijd enkel nog klanten overhouden zie zelf ook doof waren. Het was een beroerde kwestie, en daar kwam bij dat hij het gevoel had dat men over hem sprak, op de bridgeclub. “De Koning en zijn paard” had hij Dupont eens horen zeggen, op laatdunkende toon. Zoiets had hij tenminste verstaan. Het was vreemd, want hij had helemaal geen paard, desondanks had hij de indruk gehad dat Dupont wel degelijk over hem sprak. Doch Dupont was een dwarsdrijver, en mogelijk stak er geen kwaad in...
(lees hier verder)
Beste volgers/lezers van mijn blog. Vandaag staat dit verhaal in zijn geheel op de site van Annick Vandorpe (Vlaams journaliste) een verhaal van mij. Het is een pastiche op een bekende schrijver, en je mag raden welke schrijver ik nadoe, door een reactie achter te laten op de betreffende site (vanboekenenmensen.blogspot.com). Wie mij goed kent, en het meteen weet moet natuurlijk eerst een rookgordijn optrekken. Noem uiteindelijk man en paard en win! Reageren op Facebook mag ook.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten