Gun mij even een moment van uw tijd.
Tijd, ik weet het, tijd is precies datgene wat u niet heeft,
want morgen is de prijsuitreiking en u moet nog een hele stapel boeken lezen. Maar
ik ben donateur – ach het bedrag is gering, maar dat doet niet ter zake toch? –
dus heel graag, heel even wat tijd. Want ik heb een
klacht.
Op uw website maakte u vorige week een nieuwe groslijst bekend,
een lijst van boeken die in aanmerking komen voor de J.M.A. Biesheuvelprijs. Ik
las dit vanochtend pas. Het komt erop neer dat u zich na e-mails van
boze auteurs genoodzaakt voelde uw toelatingsbeleid te verruimen. Het resultaat
is dat de groslijst groeide van 11 naar 30 titels.
Van deze wonderbaarlijke vermenigvuldiging moet u ook wel
even geschrokken zijn.
Ik vind het doorgaans heel verfrissend als mensen een fout
toegeven, het is een belangrijke doch verwaarloosde vorm
beschaving. En dan bedoel ik niet die verongelijkte sorry’s of
slappeknieën-excuusjes die we zo dikwijls op televisie zien, maar een duidelijk
en helder pardon dat wordt gevolgd door een ruimhartig gebaar.
U maakte dat gebaar. En toen ging het mis.
Ik houd er, mag ik hopen, geen al te bekrompen opvattingen
op na omtrent wat een verhalenbundel genoemd mag worden. Maar de lijst met dertig titels die nu ‘genomineerd’ zijn maakt op mij een hopeloos
rommelige indruk.
Het begon met De Volcontinu van Philip Snijder, als ik me
niet vergis. Een uit verhalen opgebouwde roman. Constellaties (Roelof ten
Napel) was ook al zo’n grensgeval, die stond al op de lijst, dus hup, Snijder
ook. Een terechte beslissing, dunkt mij. Maar toen kreeg u de meute over u heen. ‘En ik dan? Dat is niet eerlijk!’
Ik ken deze situatie uit het onderwijs. Je wilt wegrennen, maar het kan niet,
het is te laat...
Het droevige gevolg is dat er nu zelfs een aantal
columnbundelingen op de lijst staan. Stukjes uit de krant die op elkaar gelegd
zijn zeg maar, zoals die van Johan Goossens en Bert Keijzer. Niets ten nadele
van die boeken, maar noemt u dat verhalenbundels? Een mooi boek dat ik op de
lijst zag staan is Een zoon van Limburg
van Chrétien Breukers. Ik weet niet of u het nog heeft kunnen lezen, het is een
fijne verzameling autobiografische schetsen en overdenkingen over literatuur.
Maar een verhalenbundel? Zo ja, dan nomineer ik ook Pieter Hoexum nog even, met
Een kleine filosofie van het rijtjeshuis.
De meest onbegrijpelijke nominaties echter zijn die van de verzamelbundels
Een koffer vol verhalen (Marmer) en Het beste uit 20 jaar Hard Gras, beide geschreven
door ‘diverse auteurs’. Ik hoop niet dat ik omstandig moet uitleggen hoe
krankzinnig het is om een Prijs toe te moeten kennen aan ‘diverse auteurs’. Als
ze allemaal naar de prijsuitreiking komen dan kon u nog wel eens een nieuw
probleem tegemoet zien. Dan is er nooit genoeg drank.
U begrijpt natuurlijk dat u na toevoeging van deze
columns-met-een-nietje en, eh, verzamelkoffers opnieuw een lijst hebt gekregen
die verre van compleet is. Ik wil dringend nog wat titels nomineren, namelijk de
complete Tzum-reeks van Uitgeverij Kleine Uil (waaronder het heerlijke Huis van Bewaring van Erik Nieuwenhuis)
en Brigadier Kodak (een verzameling
in De Muur verschenen wielerverhalen) van Wiep Idzenga. O, en doe mijn eigen
boek Schooldagen (Atlas Contact) er
dan ook maar op. Waarom zou ik mezelf tekort doen?
En zullen volgend jaar nog wel een paar honderd titels
bijkomen, want uitgaven in eigen beheer komen ook in aanmerking, zo stelt u.
God, als al die lieve ploeteraars daar maar geen lucht van krijgen. Wie moet
dat allemaal lezen?
Geef toe, het is waanzin. De verpletterende werkelijkheid, inderdaad.
Een vorm van waanzin overigens waar Maarten Biesheuvel de
humor wel van zal kunnen inzien. Hoe u met zijn allen uw hoofden in een strop hebt
gestoken, verdomd, het is eigenlijk wel grappig. Haha. O nee toch niet, want ik
ben donateur van uw Prijs. En ik ben een schrijver wiens werk onterecht (naar
uw non-criteria) niet op de lijst staat.
U zegt dat u leert van uw fouten. Dat zal volgend jaar ongetwijfeld een fraaie, uitgebalanceerde groslijst, dan wel longlist opleveren.
Ik wens u veel succes met de J.M.A. Biesheuvelprijs, en ik
hoop dat de beste* moge winnen.
Met een innige groet,
Gerwin van der Werf
*PS dit is Rob van Essen met Hier wonen ook mensen, een
echte en (vergeef mij de uitdrukking) klassieke verhalenbundel
Nagekomen bericht:
Het organisatie heeft razendsnel gereageerd op deze open
brief, en stelt dat er sprake is van een misverstand. De gepubliceerde lijst is
geen groslijst maar simpelweg een opsomming van alle titels die zijn
ingezonden. De lijst is dus niet getoetst aan welk criterium dan ook. Arjen
Fortuin: ‘Als iemand het telefoonboek van 1974 had ingezonden, had dat ook op die
lijst gestaan.’
De boeken zijn wel door (leden van) de jury gelezen en
in overweging genomen voor mededinging.
Zie mijn reactie op Tzum. http://bit.ly/172QV0x
BeantwoordenVerwijderenPhilip Snijder