Interviewers, of gewoon oprecht geïnteresseerden, vragen wel eens of ik kan duiden wat het ‘cruciale moment’ in mijn ‘carrière’ is geweest. Ik weet dat niet, en dat vertel ik ze ook. Ik hoop stiekem dat er nog een cruciaal moment komt. Dat die ‘carrière’ nog ergens zit te wachten tot ik hem kom ophalen. Dit vertel ik meestal niet. En wat is dat in godsnaam, een ‘cruciaal moment’? Ik weet wel één goed voorbeeld: Arie.
Arie woonde bij ons in de straat. Zijn huiskamer was zijn atelier, een enorme bende. Hij maakte beelden. Zo nu en dan verkocht hij een beeld aan een buurtbewoner. Een groepje oudere dames hadden zich een beetje over hem ontfermd. Ze organiseerden exposities voor hem, in het bejaardentehuis, de kerk, de bieb. Die dingen kon hij niet goed voor zichzelf regelen. Als je hem niet van huis ophaalde kwam hij niet eens. Bij de opening van een beste expositie in een plaatselijke galerie – die nog flink wat pers trok - zat hij op een stoel voor het toilet, met een schoteltje. Hij vertelde later dat hij die middag vijfendertig euro had verdiend.
Niet lang daarma werd hij gebeld door de curator van het Kröller-Müller Museum. Het Kröller-Müller! De man had iets opgevangen, dingen gezien en gehoord. Hij was bezig met een tentoonstelling. Of hij zondag kon langskomen, hij was namelijk in de buurt, een uur of drie.
‘Dan kan ik niet,’ zei Arie. ‘Dan moet ik dammen.’
Daarna is het stil geworden rond Arie en zijn carrière.
(dit bericht verscheen eerder op Torpedo)
Ja leuk!
BeantwoordenVerwijderenMaar ik weet het wel ... (nee hoor, dat is eigendunk)
Maarre, die motormuizen, zitten die nu eindelijk in Wild?
Echt een cruciaal moment! En weetje op zo'n man als Arie kan ik spontaan verliefd worden.
BeantwoordenVerwijderenHeldinne, ik moet je teleurstellen. Maar die lui komen ooit nog wel eens langsscheuren, dat beloof ik je.
BeantwoordenVerwijderen